"Als het god wil is dat ik vandaag nog sterve, dat dien heiligen wil dan maar geschiede"
Achilles cools, negen uur voor zijn dood
Adolphe Dubois, de ongehuwde zoon van Henri en Adolphine Jeandré, treedt in 1913 als milicien in dienst van het Belgisch leger.
Op 23 oktober 1915 wordt hij tijdens werkzaamheden aan de borstwering van de loopgraaf C langs het kanaal Ieper-IJzer in Noordschote gedood door een geweerkogel in de nek.
Het slachtoffer wordt begraven op de militaire begraafplaats op de Molenhoek in Reninge, grafnummer 68. Deze begraafplaats wordt in 1968 ontruimd en het stoffelijk overschot van Adolphe Dubois wordt herbegraven op de Belgische militaire begraafplaats van Hoogstade.
Tijdens de aflossing van de wacht krijgt ook soldaat Emiel Delcourt een kogel in het hoofd.